STEM22
Samenwerking van bèta-didactiek organisaties |
Doel van de samenwerking
Doel van de STEM22 samenwerking is dat de deelnemers elkaar helpen bij te dragen aan sterk bètaonderwijs: samenhangend onderwijs, gericht op natuurwetenschappelijke, wiskundige en digitale geletterdheid van alle leerlingen, en op het versterken van de didactische vaardigheden van leraren in het bètaonderwijs.
De samenwerkende organisaties zijn op verschillende manieren actief: als vereniging van leraren of van scholen, in de opleiding en voortgaande professionele ontwikkeling van leraren, in vakdidactisch onderzoek en/of de ontwikkeling van curricula, lesmaterialen en leeromgevingen. Zij dragen bij aan het bètaonderwijs door het versterken van de kwaliteit van open leeromgevingen. Leraren kunnen daarin delen van hun eigen curricula ontwikkelen, in samenwerking met collega-leraren, professionele ontwikkelaars en onderzoekers. De organisaties denken en doen waar mogelijk met leraren en elkaar mee in de ontwikkelactiviteiten: zij faciliteren uitwisseling en leren van elkaar, ontsluiten onderzoeksresultaten, ondersteunen bij onderzoek en ontwikkeling, en bevorderen de vorming van gemeenschappen en een infrastructuur. Zij stimuleren, mede door publicatie van resultaten, dat materiaal ontwikkeld door een deel van de partners ook gebruikt kan worden in de doelgroepen van de andere partners.
Deelnemers
|
|
En verder:
|
Verbindingen in het werkveld met:
|
STEM22 en groeifondsinitiatieven
Bij het zoeken naar mogelijkheden binnen de groeifonds-initiatieven is het essentieel dat partijen goed samenwerken, om te komen tot: samenhangend onderwijs, gericht op natuurwetenschappelijke en reken/wiskundige geletterdheid van alle leerlingen. De nadruk ligt daarbij op het versterken van leraren in het bèta-onderwijs.
De samenwerkende organisaties zijn op verschillende manieren actief: als vereniging van leraren, in de opleiding en voortgaande professionele ontwikkeling van leraren, in vakdidactisch onderzoek en/of de ontwikkeling van curricula en leeromgevingen. Zij dragen bij door het versterken van de kwaliteit van open leeromgevingen waarin leraren delen van hun eigen curricula kunnen ontwikkelen en beproeven, in samenwerking met collega-leraren en met professionele ontwikkelaars en onderzoekers. De organisaties denken en doen waar mogelijk met leraren en elkaar mee in de ontwikkelactiviteiten: zij faciliteren uitwisseling en leren van elkaar, ontsluiten onderzoeksresultaten, ondersteunen bij onderzoek en ontwikkeling, en bevorderen de vorming van gemeenschappen en een infrastructuur. Zij stimuleren, mede door publicatie van resultaten, dat materiaal ontwikkeld door een deel van de partners ook gebruikt wordt in de doelgroepen van de andere partners.