Lerarenopleidingen Science en Wiskunde/Rekenen

Best practice: een techniek speel-werkplaats voor kleuters

In de nieuwsbrief van april 2012 vroeg ECENT om uw best practice met ons te delen. Dit webartikel beschrijft de ‘best practice’ van Immy Borg: een techniek speel-werkplaats voor kleuters. Dit is een opdracht voor tweedejaars Pabo-studenten, waarin zij een themahoek voor kleuters opzetten met 5 technische activiteiten. In tenminste 2 van deze activiteiten moeten ze de werkvorm ‘onderzoekend en ontdekkend leren’ gebruiken.

 

Wat is er belangrijk voor een opleider?

Dit webartikel is vooral interessant voor Pabo lerarenopleiders. Zij kunnen ideeën opdoen voor:

In dit webartikel wordt een concrete opdracht voor tweedejaars Pabo-studenten behandeld: een techniek speel-werkplaats voor kleuters. Daarin leren de studenten het volgende m.b.t. vakdidactiek:

  • Hoe je een techniekles vorm kunt geven bij kleuters
  • Hoe je onderzoekend en ontwerpend leren vorm kunt geven bij kleuters

Wat kan een docent eraan hebben?

Docenten kunnen ideeën opdoen voor hoe je een thema vorm kunt geven bij kleuters, waarin technische activiteiten opgenomen zijn.

De best practice: wat houdt het in?

Tweedejaars Pabo-studenten maken een techniekhoek voor kleuters. De studenten bedenken een thema, bijvoorbeeld‘op de boerderij’, met minstens 5 technische activiteiten voor de kleuters. Tenminste 2 activiteiten moeten vormgegeven worden rondom onderzoekend en ontdekkend leren. Doel van deze opdracht is dat Pabo studenten leren hoe ze een techniekles voor kleuters vorm kunnen geven, maar ook dat ze een positieve attitude t.o.v. het vak techniek ontwikkelen.
[collapsibles][collapse title=’Doelstellingen’]

De student:

  • is zich bewust van het belang van techniek in het basisonderwijs
  • kent de verschillende fasen van techniekonderwijs en de rol van de docent daarbij
  • kan voor concreet techniekonderwijs geëigende didactische werkvormen hanteren, zoals onderzoekend en ontdekkend leren
  • kan technische opdrachten ontwerpen, gebruikmakend van ontwerpcriteria
  • is in staat activiteiten van kinderen rondom onderzoekend en ontdekkend leren te begeleiden

[/collapse]
[collapse title=’De opdracht’]

Bij de opdracht ‘Techniek Speel-werkplaats’ werken de studenten in groepjes aan een techniek speel-werkplaats voor kleuters.

Thema
Eén van de principes van ontwikkelingsgericht onderwijs (OGO), is dat je bij kleuters werkt met thema’s binnen een sociaal culturele werkelijkheid. Kleuters moeten zich bij een thema iets voor kunnen stellen of bijvoorbeeld meteen denken: ‘Daar ben ik weleens geweest!’. Daarom moeten de studenten bij deze best practice een techniekhoek voor kleuters opzetten rondom een thema. Ze mogen zelf een thema bedenken. Thema’s die studenten vaak kiezen zijn:

  • Op de boerderij
  • Ga je mee met de piraten?
  • Op het strand
  • Van gras tot melk
  • Het bakken van brood

Technische activiteiten
Belangrijk bij het kiezen van het thema is, dat het voldoet aan het OGO-principe en dat er minimaal 5 technische activiteiten bij te bedenken zijn. Elke technische activiteit moet een ‘maken’, ‘ontwerpen’ of ‘gebruiken’ element bevatten. Een voorbeeld van een technische opdracht bij het thema ‘op de boerderij’:

  • Het hek dat om de koeien heen staat is kapot. De kleuters moeten het hek maken. Hiervoor hebben ze o.a. tot hun beschikking: ijzerdraad, ijsstokjes en schuim. De kleuters mogen zelf bepalen hoe ze het hek gaan maken. De kleuters leren zo over stevigheid en constructie

Tenminste 2 technische activiteiten moeten vormgegeven worden rondom onderzoekend en ontdekkend leren. Bij kleuters houdt dit in:

  • De kleuters doen een voorspelling
  • Activiteit uitvoeren
  • Terugkijken of de voorspelling uitgekomen is

Op deze manier kun je bij kleuters een onderzoekende houding ontwikkelen.

Impulsen
Verder moeten de studenten een korte docentenhandleiding bij hun techniekhoek schrijven. Hierin moeten zij impulsen formuleren: alles wat je als leerkracht doet om het kind dichterbij het doel te brengen. Ze moeten dus nadenken over hun rol als docent bij de techniekhoek: Wat ga ik zeggen? Wat ga ik doen?

Peer teaching
Uiteindelijk ontstaat er per studentengroep een techniekhoek. Vervolgens doen de studenten aan peer teaching: elk groepje beoordeelt 2 andere techniekhoeken. Hierbij maken zij gebruik van het beoordelingsformulier dat de docent ook gebruikt.

Peer teaching: studenten beoordelen elkaar.

[/collapse]
[collapse title=’Planning en taken ‘]

De studenten krijgen 1 EC voor de techniek speel-werkplaats opdracht. Dit bestaat uit:

  • 15 uur les: 4 voorafgaande lessen en 1 toetsingsles
  • 13 uur studietijd

In de voorafgaande lessen maakt de lerarenopleider de studenten vertrouwd met o.a.:

  • Hoe zet je een thema op?
  • Hoe geef je impulsen?
  • Hoe formuleer je doelen?

Gedurende de module heeft de lerarenopleider een begeleidende, sturende en coachende rol.

[/collapse]
[collapse title=’Beoordeling’]

De studenten worden, met een beoordelingsformulier, o.a. beoordeeld op:

  • Het thema: Hoe goed hebben ze het thema vormgegeven? Is het betekenisvol?
  • De inhoudelijke kwaliteit van de technische activiteiten: Sluiten de opdrachten aan bij het thema?
    Wat is het technisch gehalte?
  • De doelen
  • De geformuleerde impulsen
  • In hoeverre ‘onderzoekend en ontdekkend leren’ aanwezig is
  • Of er gedacht is aan jongens en meisjes: het moet voor beiden leuk zijn
  • Duurzaamheid en veiligheid van de materialen

[/collapse]
[collapse title=’Lesmateriaal’]

Bij deze best practice wordt gebruik gemaakt van:

  • De Opdracht ‘Techniek Speel-werkplaats’
  • Een beoordelingsformulier
  • Het boek ‘Basisontwikkeling: voor peuters en de onderbouw’ van Janssen-Vos (over OGO)
  • Het boek ‘Natuur en Techniek geven: Praktische vakdidactiek voor het basisonderwijs’ van de Jongh et al
  • Verder veel aanbod in de lessen, bijvoorbeeld een gastspreker

[/collapse]

De best practice: ervaringen en leeropbrengst

[collapse title=’Ervaringen’]

Immy Borg heeft de techniek speel-werkplaats voor kleuters in het collegejaar 2011/2012 voor het eerst gedaan. Zij is erg enthousiast over haar best practice, evenals haar studenten.

Wat vinden de studenten ervan?
De studenten vinden de opdracht heel zinvol. Het is voor hen een eyeopener: hun initiële houding t.o.v. techniek is vaak ‘dat kan ik niet’ of ‘het is niet leuk’, vanwege negatieve ervaringen met techniek op de middelbare school. Deze opdracht laat zien dat techniek met kleuters heel simpel kan zijn, en dat de studenten in staat zijn om techniek vorm te geven binnen een thema. Immy krijgt bij deze opdracht uiteindelijk vaak te horen van studenten: “Dit is echt gaaf, dit ga ik echt zo doen met mijn kleuters.”

[/collapse]
[collapse title=’Leeropbrengst’]

De belangrijkste leeropbrengst van deze opdracht is een attitudeverandering t.o.v. techniek: de studenten worden enthousiaster over het vak en willen het straks gaan geven als ze meester/juf zijn.

De studenten leren het volgende m.b.t. vakdidactiek:

  • Hoe je een techniekles vorm kunt geven bij kleuters
  • Wat onderzoekend en ontwerpend leren inhoudt
  • Hoe je onderzoekend en ontwerpend leren vorm kunt geven bij kleuters

[/collapse]
[collapse title=’Voor- en nadelen’]

Voordelen

  • Het is een laagdrempelige opdracht
  • Het brengt een houdingverandering t.o.v. techniek bij de studenten teweeg
  • Er worden veel elementen gecombineerd in de opdracht. Zoals doelen, impulsen, thema en technische activiteiten

Nadeel

  • Een techniekhoek is enigszins kunstmatig. Als je op een basisschool een hoek bij kleuters vorm geeft, dan combineer je alle vakgebieden. Bijvoorbeeld een hoek ‘Ga je mee met de piraten?’ met niet alleen techniekopdrachten, maar met bijvoorbeeld ook een schatkaart maken (ruimtelijk inzicht bij rekenen) en een woordweb rondom piraten (taal). Op de Pabo zou je deze opdracht daarom idealiter samen met de andere vakgebieden moeten doen

[/collapse]
[collapse title=’Do’s en don’ts’]

Do’s

  • Laat bij het uitleggen van de opdracht een voorbeeld van een techniekhoek zien
  • Laat de studenten in groepjes werken, want het is een vrij grote opdracht
  • Laat ze van elkaar leren d.m.v. ‘peer teaching’, want zo zien ze meer dan slechts waar ze als groep mee bezig zijn geweest
  • Zorg voor voldoende consultatiemomenten
  • Laat het de studenten uitproberen in hun stage

Don’ts

  • Start niet te laat met de opdracht uitleggen, want de opdracht kost de studenten veel tijd
  • Start niet te laat met het behandelen van impulsen, want hier hebben studenten moeite mee

[/collapse]

Verwijzingen


[/collapsibles]

ELWIeR en Ecent als één STEM